trike
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- trike
Woordherkomst en -opbouw
- uit het Engels
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | trike | trikes |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de trike m
- (verkeer) motorfiets met twee achterwielen
- ▸ Het gaat om de modellen Touring, CVO Touring en Trike, uit jaren 2009 tot 2012.[1]
- ▸ Bij doorzoeking van de woningen zijn twee vuurwapens en grote geldbedragen gevonden. Het gaat om 10.000 euro in contant geld. Ook twee auto's en een trike zijn in beslag genomen voor het onderzoek.[2]
- ▸ De 51-jarige verkeersregelaar verongelukte toen hij bij Lettele op een trike een ambulance wilde begeleiden.[3]
Gangbaarheid
- Het woord trike staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Harley-Davidson roept motoren terug” (24-10-2011), NOS
- ↑ Weblink bron Sabrina Kantelbergs“Vader en zoon vast na vondst drugs, wapens en geld” (11-03-2019,), Tubantia
- ↑ Weblink bron “Video's gemist? Het jaar van trucker Jan, de verliefde terrorgans en boze Attie” (29-12-2019), Tubantia