traiga

Uit WikiWoordenboek

Spaans

Werkwoord

vervoeging van
traer

traiga

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van traer
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van traer
  3. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van traer