topman

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • top·man
enkelvoud meervoud
naamwoord topman topmannen
toplieden
toplui
verkleinwoord topmannetje topmannetjes
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

de topmanm

  1. (beroep) iemand met veel zeggenschap in een grote onderneming, NGO of overheidsorganisatie.
    • de topman maakte zich vooral zorgen om zijn pensioenregeling [1] 
    • Vestia wil 1,9 miljard van oud-topman [2] 
Verwante begrippen
Hyponiemen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen