toezei
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- toe·zei
Werkwoord
vervoeging van |
---|
toezeggen |
toezei
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van toezeggen
- ... dat ik toezei.
- ... dat jij toezei.
- ... dat hij, zij, het toezei.
- ... dat ik toezei.
vervoeging van |
---|
toezeggen |
toezei