tl-buis
Uiterlijk
- tl-buis
- In de betekenis van ‘lichtgevende buis’ voor het eerst aangetroffen in 1953 [1]
- samenstelling van tl en buis
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | tl-buis | tl-buizen |
verkleinwoord | tl-buisje | tl-buisjes |
- (natuurkunde) (elektrotechniek) luminescentielamp, gevuld met een edelgas en kwikdamp waarin door een gasontlading UV-straling vrijkomt die door een poeder wordt omgezet in zichtbaar licht
- ▸ De plafondverlichting was verschrikkelijk, tot overmaat van ramp versterkt met een blauwglanzende tl-buis boven de deur.[2]
- Het woord tl-buis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "tl-buis" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
92 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "tl-buis" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“1968, De grote eeuw deel 7” (2017), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044633535
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 7
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Natuurkunde in het Nederlands
- Elektrotechniek in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 98 %
- Prevalentie Vlaanderen 92 %