tjeminee

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • tje·mi·nee

Tussenwerpsel

tjeminee

  1. uiting van frustratie
    • Tjeminee, zeg! Wat een gedoe! 
  2. uiting van verwondering
    • Sander trok mij op een keer ver de fietsenstalling van de school in. "Betty, je weet wel, daar heb ik je wel 'ns over verteld. Die kan pijpen, daar heb je geen idee van! ... Tjeminee! ..." [1]
Synoniemen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Büch
    , Boudewijn
    (1993). Het bedrog, p. 12. Uitg.: Atlas, ISBN 9789025400941.