titelkandidaat

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ti·tel·kan·di·daat
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord titelkandidaat titelkandidaten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de titelkandidaatm

  1. iets of iemand die kans maakt om kampioen te worden
    • Bar en Boos heeft de popquiz 2017 van Borne gewonnen. Daarmee voltooide de gedoodverfde titelkandidaat haar trilogie. Dit vijftal bleek de vorige twee edities ook al over de meeste kennis van de pophistorie te beschikken. „,We pakten punten met vragen over oude hits van Luv en BZN. Daarmee hebben we denk ik dit keer het verschil gemaakt”, jubelde de teamcaptain van het zegevierende vijftal. [1] 
    • Heracles zette vorig seizoen misschien wel de meest verrassende uitslag neer in de openingsronde. In Amsterdam debuteerde Frank Wormuth met een knap punt bij de gedoodverfde titelkandidaat Ajax. [2] 
Synoniemen

Gangbaarheid


Verwijzingen