tijgerpels
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: tijgerpels (hulp, bestand)
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- tij·ger·pels
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van tijger zn en pels zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | tijgerpels | tijgerpelsen tijgerpelzen |
verkleinwoord | tijgerpelsje | tijgerpelsjes |
Zelfstandig naamwoord
de tijgerpels m
- (tweekleppigen) Palliolum tigerinum een tweekleppigensoort uit de familie van de mantelschelpen (Pectinidae). De wetenschappelijke naam van de soort werd in 1776 voor het eerst geldig gepubliceerd door Otto Friedrich Müller
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord tijgerpels staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.