tijdlang

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • tijd·lang
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord tijdlang
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het tijdlango

  1. langere periode (alleen nog in onderstaande verbinding)
    • Al een paar dagen zingen de geruchten rond dat het model en America's Got Talent-jurylid zwanger is. In een interview beantwoordt Wolfgang Joop de vraag of dat gerucht klopt met: ,,Ik denk het wel! Tom heeft het mij gezegd!” Joop en Klum zaten samen een tijdlang in de jury van Germany's Next Top Model en zijn goed bevriend. [2] 
    • Het pand is zo'n 3600 vierkante meter en was vanaf 2001 in gebruik door supermarkt Konmar. Nadat die in 2005 de deuren sloot, stond het een tijdlang leeg. Vervolgens trok het bedrijf Wok Centre in een deel van het pand. [3] 
    • Een tijdlang woedde ook de discussie of melk drinken wel gezond was, maar die vraagtekens zijn volgens Valkenburg wel voorbij. ,,De meeste mensen weten wel dat melk goed voor je is. Zuivel staat ook in de Schijf van Vijf.” [4] 
Typische woordcombinaties
  • een tijdlang

Gangbaarheid

85 % van de Nederlanders;
84 % van de Vlamingen.[5]

Verwijzingen