Naar inhoud springen

tijdje

Uit WikiWoordenboek
  • tijd·je

hettijdjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord tijd
     Na een tijdje merkte ik duidelijk aan mijn oren dat we van zeeniveau naar duizend meter hoogte aan het klimmen waren.[1]
     Ik heb haar een tijdje terug nog met die jongen zien praten.[2]
     Pas na een tijdje viel me op dat we vaak de enigen in de ruimte waren die om exact hetzelfde in grinniken uitbarstten.[2]
  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
  2. 1 2
    Ronald Giphart e.a.
    “Een familie en een Griekse god” (2023), The House of Books, ISBN 9789044366471