tiers

Frans

Uitspraak

• Geluid:  tiers    (hulp, bestand)
• IPA: /tjɛʁ/

enkelvoud		meervoud
zonder lidwoord	met lidwoord	zonder lidwoord	met lidwoord
tiers	le tiers	tiers	les tiers

Zelfstandig naamwoord

tiers m

1.  derde zn o; een derde deel; een door drie gedeeld iets; 1/3
2. de derde stand

Bijvoeglijk naamwoord

tiers

1.  derde bn 
2. van de derde stand

	enkelvoud	meervoud
mannelijk	tiers	tiers
vrouwelijk	tierce	tierces