tiern

Uit WikiWoordenboek


Nedersaksisch

Woordherkomst en -opbouw

Hoofdtelwoord

tiern

  1. tien; het gehele getal tussen negen en elf, in Arabische cijfers 10, in Romeinse cijfers X
Schrijfwijzen


Westfaals

Hoofdtelwoord

tiern

  1. (Zuidwestfaals) tien; het gehele getal tussen negen en elf, in Arabische cijfers 10, in Romeinse cijfers X
Schrijfwijzen