thuiswachten
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- thuis·wach·ten
Zelfstandig naamwoord
de thuiswachten mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord thuiswacht
Gangbaarheid
- Het woord thuiswachten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "thuiswachten" herkend door:
55 % | van de Nederlanders; |
77 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be