textielvezel

Nederlands

1. De textielvezels in een sjaal vergroot onder de microscoop.

Uitspraak

• Geluid:  textielvezel    (hulp, bestand)
• IPA: / tɛksˈtilvezəl / (4 lettergrepen)

Woordafbreking

• tex·tiel·ve·zel

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  textiel zn  en  vezel zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	textielvezel	textielvezels
verkleinwoord	textielvezeltje	textielvezeltjes

Zelfstandig naamwoord

de textielvezel v / m

1. dunste draadjes waaruit garen wordt gesponnen om stoffen van te weven

   ▸ Was verzachten is een kwestie van calcium uit het water halen zodat het uiteindelijk niet op de textielvezels kan neerslaan.

   ▸ Een Amerikaans bedrijf produceert een textielvezel (Ecospun) uit afgedankte plastic flessen.

Hyponiemen

• hennepvezel
• katoenvezel1
• linnenvezel
• nylonvezel
• polyestervezel
• vlasvezel
• wolvezel

Verwante begrippen

• kunstvezel

Gangbaarheid

• Het woord textielvezel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.