televisiereportage

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • te·le·vi·sie·re·por·ta·ge
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord televisiereportage televisiereportages
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de televisiereportagev

  1. televisieprogramma dat verslag doet van een bepaalde gebeurtenis
     Wat hielp is dat Broekema ontsnapte uit het keurslijf dat een televisiereportage van 2 minuten nu eenmaal is. Ze schreef boeken, zoals de meanderende familiekroniek Het Boschhuis en recentelijk Het uiterste der zee, en stortte zich als een van de eerste NOS-verslaggevers op onlineverhalen. "Ik had heel erg de behoefte de diepte in te gaan, de breedte, de lengte. Ik vind het heerlijk om te schrijven, nog een apart filmpje te draaien, foto's erbij maken. De laatste 10, 12 jaar zijn de leukste bij het Journaal."[2]
     Tijdens een televisiereportage over de tornadoramp die het stadje Dawson in Kentucky afgelopen december volledig wegvaagde, werd aan een tussen het puin scharrelend echtpaar gevraagd of ze hun huis waren kwijtgeraakt.[3]
Synoniemen

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 25 september 2022 Weblink bron
    Lambert Teuwissen
    “Pauline Broekema neemt na 34 jaar afscheid: 'Kijken, kijken, kijken'” (Vrijdag 28 december 2018), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 25 september 2022 Weblink bron
    Sara van Gorp
    “René Diekstra start nieuwe rubriek: ‘De rol van oma’s en opa’s wordt steeds groter’” (25 jan. 2022), Tubantia