telefoongesprek
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- te·le·foon·ge·sprek
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van telefoon en gesprek
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | telefoongesprek | telefoongesprekken |
verkleinwoord | telefoongesprekje | telefoongesprekjes |
Zelfstandig naamwoord
het telefoongesprek o
- gesprek via de telefoon
- ▸ Toen rukte ze zich los en ging een kort telefoongesprek voeren, waar ik niets van verstond.[1]
-
Koningin Juliana opent met telefoongesprek het grondstation voor satellietenverkeer (1973)
-
Joe Biden voert een telefoongesprek tijdens het Wounded Warrior Project
Synoniemen
Vertalingen
1.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord telefoongesprek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Echte Amerikaanse jeans” (2017), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044632767