telecommer
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: telecommer (hulp, bestand)
Woordafbreking
- te·le·com·mer
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | telecommer | telecommers |
verkleinwoord | telecommertje | telecommertjes |
Zelfstandig naamwoord
de telecommer m
Gangbaarheid
- Het woord telecommer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.