technika

Uit WikiWoordenboek

Oppersorbisch

Zelfstandig naamwoord

technika v

  1. techniek; technische hulpmiddelen


Slowaaks

Zelfstandig naamwoord

technika v

  1. techniek; de manier waarop dingen zijn verricht
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen


Tsjechisch

Uitspraak
Woordafbreking
  • tech·ni·ka
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

technika v

  1. techniek; verzamelijk van technische wetenschappen
    «Studenti techniky mají široké uplatnění.»
    Techniekstudenten hebben een brede inzetbaarheid.
  2. techniek; de manier waarop dingen zijn verricht
    «Operace kolena se provádí pomocí nejnovějších technik.»
    Een knieoperatie wordt uitgevoerd met behulp van de nieuwste technieken.
  3. techniek; technische hulpmiddelen
    «Náš hasičský sbor má k dispozici tu nejmodernější techniku.»
    Ons brandweerkorps heeft de modernste techniek ter beschikking.
Verbuiging
  enkelvoud meervoud
nominatief technika techniky
genitief techniky technik
datief technice technikám
accusatief techniku techniky
vocatief techniko techniky
locatief technice technikách
instrumentalis technikou technikami
Synoniemen
  1. –
  2. technologie v, postup monbezield, přístup monbezield
  3. vybavení o
Afgeleide begrippen
Typische woordcombinaties
Verwante begrippen

Verwijzingen

Meer informatie

Zelfstandig naamwoord

technika

  1. genitief enkelvoud van technik
  2. accusatief enkelvoud van technik
    «Hned za Vámi pošleme servisního technika.»
    Wij sturen meteen een servicetechnicus naar u toe.
Overgenomen van "https://nl.wiktionary.org/w/index.php?title=technika&oldid=4461332"