tamagotchi

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

tamagotchi
Uitspraak
Woordafbreking
  • ta·ma·got·chi
Woordherkomst en -opbouw
  • uit het Japans
enkelvoud meervoud
naamwoord tamagotchi tamagotchi's
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de tamagotchim

  1. (speelgoed) elektronisch speelgoed in de vorm van een piepend eitje waarop een virtueel beestje staat dat verzorgd moet worden
    • Furby of Tamagotchi? Jumpen of hakken? En meer dilemma's: Nostalgie is van alle generaties. Generatie Y (geboren tussen 1980 en 1995) kan daar over meepraten. Gelukkig maar dat smaken verschillen. Vecht de oneindige strijd nu voor eeuwig uit door jouw favoriet te kiezen. [1] 
    • Elke week blikt Linda de Mol in haar tv-programma Oh Wat Een Jaar terug op een specifiek jaartal. 1996 was gisteren aan de beurt, dus waren er vragen over de Tamagotchi en werd de gabberscene besproken. Maar wat uiteraard ook niet kon ontbreken, was de doorbraak van de Spice Girls. In dat jaar schoten de verkoopcijfers namelijk door het dak voor de vijf meiden uit het Verenigd Koninkrijk. Met hun nummer Wannabe waren ze in een klap wereldberoemd. [2] 

Gangbaarheid

81 % van de Nederlanders;
72 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen