taco's

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ta·co's

Zelfstandig naamwoord

de taco'smv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord taco
     Hij concentreerde zich op het maken van taco’s en ik stortte me op een spinaziesalade, vol noten, geitenkaas en kip.[1]

Verwijzingen

  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia