taakomvang

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • taak·om·vang
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord taakomvang taakomvangen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de taakomvangm

  1. omschrijving van iemands taak of functie en zijn bevoegdheden
     De taakinhoud, de taakomvang en de taakbelasting van schoolleiders in het basisonderwijs[1]
Synoniemen

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Bronlink Weblink bron
    W.G.R. Stoel
    “De taakinhoud, de taakomvang en de taakbelasting van schoolleiders in het basisonderwijs” (1994), University of Twente