systeemrisico
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- sys·teem·ri·si·co
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van systeem en risico
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | systeemrisico | systeemrisico's |
verkleinwoord | systeemrisicootje | systeemrisicootjes |
Zelfstandig naamwoord
het systeemrisico o
- een risico wat aan het systeem als geheel en aan het complex van deelsystemen is verbonden
- Het systeemrisico tijdens de afgelopen bankencrisis was dat banken elkaar meetrokken in hun val.
Gangbaarheid
- Het woord systeemrisico staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.