switch
Uiterlijk
- switch
- Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘schakelaar’ voor het eerst aangetroffen in 1989 [1]
- van Engels switch [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | switch | switches |
verkleinwoord | - | - |
de switch m
- in een korte tijd optredende verandering
- (sport) wissel van spelers
- (economie) uitruil van effecten
- (elektrotechniek) onderdeel van een toestel of systeem dat twee of meer verschillende standen in kan nemen die de werking bepalen
- (communicatie) onderdeel van een communicatienetwerk dat de verbinding tussen paren aansluitingen tot stand brengt
- (informatica) instructie die bepalend is voor de verdere werking van een programma
- instelling die als code bij het starten aan een programma wordt meegegeven
- instructie in een programmeertaal die tot verschillende actie kan leiden, afhankelijk van de waarde van een expressie
- (seksualiteit) iemand die in bdsm-relaties zowel de dominante als de onderdanige rol kan spelen
- [1] schakelaar
- [2] omschakeling, omzetting, overgang
vervoeging van |
---|
switchen |
switch
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van switchen
- Ik switch.
- gebiedende wijs van switchen
- Switch!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van switchen
- Switch je?
- Het woord switch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "switch" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
93 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "switch" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ switch op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
- Geluid: switch (VS) (hulp, bestand)
- IPA: /swɪtʃ/
enkelvoud | meervoud |
---|---|
switch | switches |
switch
- dun zweepje, spitsroede, rotting
- (elektrotechniek) schakelaar
- (spoorwegen) wissel
- (figuurlijk) omschakeling, plotselinge verandering
- (communicatie) onderdeel van een communicatienetwerk dat de verbinding tussen paren aansluitingen tot stand brengt
- (informatica) instructie die bepalend is voor de verdere werking van een programma
- instelling die als code bij het starten aan een programma wordt meegegeven
- instructie in een programmeertaal die tot verschillende actie kan leiden, afhankelijk van de waarde van een expressie
- (seksualiteit) iemand die in bdsm-relaties zowel de dominante als de onderdanige rol kan spelen
- plukje lange haren aan het eind van een staart
- bosje nagebootst haar als aanvulling op een kapsel
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | to switch |
he/she/it | switches |
verleden tijd | switched |
voltooid deelwoord |
switched |
onvoltooid deelwoord |
switching |
gebiedende wijs | switch |
switch
- overgankelijk slaan (met een zweepje)
- overgankelijk zwaaien (met een staart)
- overgankelijk omschakelen, overschakelen
- overgankelijk wisselen, verwisselen
- onovergankelijk een overgang maken, veranderen
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 6
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 1 lettergreep in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Sport in het Nederlands
- Economie in het Nederlands
- Elektrotechniek in het Nederlands
- Communicatie in het Nederlands
- Informatica in het Nederlands
- Seksualiteit in het Nederlands
- Werkwoordsvorm in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 96 %
- Prevalentie Vlaanderen 93 %
- Woorden in het Engels
- Woorden in het Engels van lengte 6
- Woorden in het Engels met audioweergave
- Woorden in het Engels met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Engels
- Elektrotechniek in het Engels
- Spoorwegen in het Engels
- Figuurlijk in het Engels
- Communicatie in het Engels
- Informatica in het Engels
- Seksualiteit in het Engels
- Werkwoord in het Engels
- Overgankelijk werkwoord in het Engels
- Onovergankelijk werkwoord in het Engels