swingerclub
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: swingerclub (hulp, bestand)
Woordafbreking
- swin·ger·club
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van swinger en club
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | swingerclub | swingerclubs |
verkleinwoord | swingerclubje | swingerclubjes |
Zelfstandig naamwoord
- (seksualiteit) een club waar aan partnerruil gedaan wordt
Gangbaarheid
- Het woord 'swingerclub' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.