strikte
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- strik·te
Bijvoeglijk naamwoord
strikte
- verbogen vorm van de stellende trap van strikt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
strikken |
strikte
- enkelvoud verleden tijd van strikken
- Ik strikte.
- Jij strikte.
- Hij, zij, het strikte.
- Ik strikte.