straffeloos
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: straffeloos (hulp, bestand)
Woordafbreking
- straf·fe·loos
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | straffeloos | straffelozer | straffeloost |
verbogen | straffeloze | straffelozere | straffelooste |
partitief | straffeloos | straffelozers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
straffeloos [2]
- zonder dat straf volgt, zonder nadelige gevolgen
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord straffeloos staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "straffeloos" herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ straffeloos op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be