stemhok
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
- stem·hok
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van stem en hok
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | stemhok | stemhokken |
verkleinwoord | stemhokje | stemhokjes |
Zelfstandig naamwoord
stemhok o
- half gesloten ruimte waarin je een stembiljet kunt invullen zonder dat anderen zien wat je voorkeur is
- Op Twitter gaat het vandaag ook veel over de 'stemfie', de onofficiële afkorting van een selfie in het stemhokje. Hoewel het fotograferen van anderen verboden is in het stemhokje, mag je wel een foto van jezelf nemen tijdens het stemmen, iets dat bij onze zuiderburen ook verboden is. [1]
Gangbaarheid
- Het woord stemhok staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "stemhok" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ NRC Mirjam Remie 19 maart 2014
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be