stel gerust

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • stel ge·rust
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
geruststellen

stel gerust

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van geruststellen
    • Ik stel gerust. 
  2. gebiedende wijs van geruststellen
    • Stel gerust! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van geruststellen
    • Stel je gerust? 


Gangbaarheid