steenbakkerij
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- steen·bak·ke·rij
Woordherkomst en -opbouw
- afleiding van steenbakken met het achtervoegsel -erij
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | steenbakkerij | steenbakkerijen |
verkleinwoord | steenbakkerijtje | steenbakkerijtjes |
Zelfstandig naamwoord
- bedrijf waar bakstenen worden gebakken
- ▸ Bij steenbakkerij Zilverschoon moeten ze de gestegen kosten van gas doorberekenen aan hun klanten. Dat heeft gevolgen voor bouwprojecten.[2]
- ▸ Derck Zilverschoon, directeur van een steenbakkerij met dezelfde achternaam, vreest voor het domino-effect. Hij verkoopt zijn bakstenen nu voor gemiddeld 1,50 euro. Doordat zijn gascontract eind dit jaar afloopt, zal de prijs van diezelfde steen oplopen naar 2,50 euro.[3]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord steenbakkerij staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “'Het is afwachten of onze klanten de offertes nog accepteren'” (13 september 2022, 17:53), NOS
- ↑ Weblink bron “Geen staatssteun voor getroffen Nederlandse bedrijven, 'domino-effect dreigt'” (13 september 2022, 19:35), NOS