statuten

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • sta·tu·ten
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

de statutenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord statuut
  2. alleen meervoud (juridisch) grondregels die ten grondslag liggen aan bepaalde rechtspersonen, zoals de naamloze vennootschap, besloten vennootschap, vereniging en stichting, die in de notarieel verleden akte van oprichting zijn vervat

Gangbaarheid

96 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be