stalking

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • stal·king
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord stalking
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de stalkingv

  1. het iemand op een hinderlijke en bedreigende manier volgen en lastig vallen
    • Mae wist dat zij Mercer via deze camera wel kon horen, maar hij haar niet, dus ze kon niet tegen hem praten. Maar ze wist dat dat wel moest. Hij kon nog niet weten dat zij hierachter zat. Ze moest hem geruststellen dat het geen enge stalkingexpeditie was. Dat zijn goede vriendin Mae alleen het SoulSearchprogramma wilde demonstreren en even met hem wilde praten, zodat ze er samen om konden lachen. [2] 
    • Over de vrienden van de N-VA gesproken. Puigdemont stuurde wel een aantal sms’jes waarin hij hengelde naar een afspraakje, maar daar bleek weinig animo voor. Wel waarschuwde Bart de Wever hem dat overdadig sms’en in ons land kan worden geïnterpreteerd als grensoverschrijdend gedrag, als stalking zelfs.[3] 
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

95 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. stalking op website: Etymologiebank.nl
  2. Eggers, Dave
    De cirkel vertaald door Gerda Baardman, Lidwien Biekmann, Brenda Mudde en Elles Tukker pagina 414
  3. de Standaard 18 NOVEMBER 2017
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be