staden

Uit WikiWoordenboek

Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • sta·den
Naar frequentie 31573

Zelfstandig naamwoord

staden

  1. nominatief bepaald mannelijk enkelvoud van stad


Nynorsk

Uitspraak
Woordafbreking
  • sta·den
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Oudnoorse woord staðinn
  • Bijvoeglijk gebruik van het verouderde voltooid deelwoord van het Nynorske werkwoord stå

Bijvoeglijk naamwoord

staden

  1. gestaan
    «Veden er for lite staden og er ikkje enda tørr.»
    Het hout heeft te kort gestaan en is nog niet droog.
Schrijfwijzen

Zelfstandig naamwoord

staden

  1. nominatief bepaald mannelijk enkelvoud van stad