sprotje

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  sprotje    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• sprot·je

Zelfstandig naamwoord

het sprotje o

1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord sprot

Gangbaarheid

• Het woord sprotje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "sprotje" herkend door:

69 %	van de Nederlanders;
89 %	van de Vlamingen.