spring weg
Uiterlijk
- Geluid: spring weg (hulp, bestand)
- IPA: / ˈsprɪŋ ˈwɛx / (2 lettergrepen)
- spring weg
vervoeging van |
---|
wegspringen |
spring (…) weg
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegspringen
- Ik spring weg.
- gebiedende wijs van wegspringen
- Spring weg!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegspringen
- Spring je weg?
- Het woord spring weg staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.