spoorslags
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: spoorslags (hulp, bestand)
- IPA: /ˈsporslɑxs/
Woordafbreking
- spoor·slags
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘bijwoord van tijd: in allerijl’ voor het eerst aangetroffen in 1599 [1]
- samenstellende afleiding van spoor (punt of wieltje aan de hiel van een rijlaars) en slag (zelfstandig naamwoord) met het achtervoegsel -s
Bijwoord
spoorslags
- heel snel
- Als ik ziek ben, komt ze spoorslags op bezoek. [2]
Gangbaarheid
- Het woord spoorslags staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "spoorslags" herkend door:
77 % | van de Nederlanders; |
78 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ "spoorslags" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Pinckaers, M.De cirkel. Hommage aan Marie Hertzdahl-Bloemgarten. (2011) Lemmens, Valkenburg aan de Geul; ISBN 9789077490006; p.12; geraadpleegd 2016-03-22
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be