spijkerbroeken

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • spij·ker·broe·ken

Zelfstandig naamwoord

de spijkerbroekenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord spijkerbroek
     Hij moest nadenken voordat hij begreep dat het over de Amerikaanse spijkerbroeken ging.[1]

Verwijzingen

  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “1968, De grote eeuw deel 7” (2017), Uitgeverij Prometheus op Wikipedia, ISBN 9789044633535