spiegelschip
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- spie·gel·schip
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van spiegel en schip [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | spiegelschip | spiegelschepen |
verkleinwoord | spiegelscheepje | spiegelscheepjes |
Zelfstandig naamwoord
het spiegelschip o
- (scheepvaart) bepaald type transportschip van de V.O.C., een zeilschip voor vervoer van goederen en personen
Gangbaarheid
- Het woord 'spiegelschip' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.