speldde op

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • speld·de op
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
opspelden

speldde op

  1. enkelvoud verleden tijd van opspelden
    • Ik speldde op. 
    • Jij speldde op. 
    • Hij, zij, het speldde op. 


Gangbaarheid