speels
Uiterlijk
- speels
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | speels | speelser | speelst |
verbogen | speelse | speelsere | speelste |
partitief | speels | speelsers | - |
speels
- als iets of iemand die graag speelt
- Hij was nog te speels om al naar school te gaan.
- ongedwongen, met weinig moeite
- Hij gaf op een speelse manier les.
- Het woord speels staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "speels" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be