spaart uit
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: spaart uit (hulp, bestand)
- IPA: / ˈspart ˈœyt / (2 lettergrepen)
Woordafbreking
- spaart uit
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
uitsparen |
spaart (…) uit
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitsparen
- Jij spaart uit.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitsparen
- Hij spaart uit.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van uitsparen
- Spaart uit!
Gangbaarheid
- Het woord spaart uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.