souper
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- sou·per
Woordherkomst en -opbouw
- uit het Frans [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | souper | soupers |
verkleinwoord | soupertje | soupertjes |
Zelfstandig naamwoord
- (voeding) een min of meer feestelijke maaltijd die meestal later op de avond wordt genuttigd, bijv. na afloop van een voorstelling of tijdens een chic feest
- 's Nachts ging het hele gezelschap weer met de tram naar de Euterpestraat waar een souper klaarstond. [3]
- Juliana zou in haar Canadese jaren talloze picknicks, soupers en tennispartijtjes van aunt Alice bezoeken en altijd kerstavond bij haar vieren, maar na zes weken Government House verhuisden de drie vrouwen begin augustus met hun lijfwachten en de kinderen opgelucht naar hun eerste eigen woning, 120 Landsdowne Road, Rockcliffe, Ottawa. [4]
- Ze nemen vanavond afscheid in stijl, tijdens een licht souper in het plaatselijke café. Op het menu staan onder meer gerookte zalm, paling en whisky, rookkaas, rookvlees en rookworst. En dan een fijne sigaar toe natuurlijk. [5]
- Na de balletvoorstelling rammelde ik van de honger. Dus ging ik naar huis om zelf wat te maken. Via via had ik gehoord dat Van Manen graag gehaktballen eet. Geef hem eens ongelijk. Mijn ode aan de meester is dit feestelijke souper. [6]
Synoniemen
Antoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1. avondmaal
Gangbaarheid
- Het woord souper staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "souper" herkend door:
71 % | van de Nederlanders; |
79 % | van de Vlamingen.[7] |
Verwijzingen
- ↑ souper op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Boumans, ToniEen schitterend vergeten leven [2015] ISBN 978-94-6003815-0 pagina 158
- ↑ Withuis, JolandeJuliana [2016] ISBN 978-90-234-3523-5 pagina 240
- ↑ Tubantia 30-juni-2008
- ↑ Volkskrant Sake Slootweg 22 september 2017
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Frans
Uitspraak
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
souper |
soupais |
soupé |
eerste groep | volledig |
Werkwoord
souper
- onovergankelijk, (voeding) de (avond)maaltijd gebruiken, souperen
enkelvoud | meervoud | ||
---|---|---|---|
zonder lidwoord | met lidwoord | zonder lidwoord | met lidwoord |
souper | le souper | soupers | les soupers |
Zelfstandig naamwoord
souper m
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 6
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Voeding in het Frans
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 71 %
- Prevalentie Vlaanderen 79 %
- Woorden in het Frans
- Woorden in het Frans van lengte 6
- Woorden in het Frans met audioweergave
- Werkwoord in het Frans
- Onovergankelijk werkwoord in het Frans
- Zelfstandig naamwoord in het Frans