solipsist

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • so·lip·sist
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord solipsist solipsisten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de solipsistm

  1. iemand die gelooft dat er maar één enkel bewustzijn bestaat: dat van de waarnemer
     Wie was Brouwer? Een ongenaakbare solipsist en een charmant causeur, een man die zich negatief over vrouwen uitliet en erdoor omgeven werd, een geleerde die gortdroge, onontkoombare argumenten paarde aan explosieve emoties, een man van creativiteit en technische bewijsvoering, een revolutionair denker, wiens ideeën pas na zijn dood brede erkenning vonden.[1]

Gangbaarheid

23 % van de Nederlanders;
22 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink Weblink bron
    C. de Pater
    “„... dan zal mijn greep gevoeld worden”” (30-07-2002), Reformatorisch Dagblad
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be