solidariseren
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- so·li·da·ri·se·ren
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van het Franse solidariser (met het achtervoegsel -iseren) [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
solidariseren |
solidariseerde |
gesolidariseerd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
solidariseren
- onovergankelijk solidair worden met
- wederkerend zich ~: zich solidair verklaren met
Hyponiemen
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord solidariseren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 13
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Achtervoegsel -iseren in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands
- Onovergankelijk werkwoord in het Nederlands
- Wederkerend werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal