snuitmotten

Nederlands

hommelnestmot (Aphomia sociella)

Uitspraak

• Geluid:  snuitmotten    (hulp, bestand)

• (IPA in voorbereiding)

Woordafbreking

• snuit·mot·ten

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  snuit zn  en  motten zn 
•  snuitmot zn  met de uitgang -en

	enkelvoud	meervoud
naamwoord		snuitmotten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de snuitmotten mv

1. meervoud van het zelfstandig naamwoord snuitmot
2. meervoudsvorm als officiële benaming (vlinders) Pyralidae  een familie van vlinders in de superfamilie Pyraloidea . Meer dan 850 soorten vlinders in Europa behoren tot deze familie. Wereldwijd telt de familie ruim 6000 soorten, die vooral in de tropen leven

Synoniemen

• lichtmotten

Hyperoniemen

• [2] vlinders, insecten, zespotigen, geleedpotigen, dieren

Hyponiemen (in taxonomische zin)

• [2] Afrikaanse reuzenlichtmot, amandelmot, armbandmot, bandlichtmot, berkenlichtmot, bliksemlichtmot, boslichtmot, cacaomot, citruslichtmot, crème eikenlichtmot, distelhermelijntje, donkere sparappelboorder, duinmosmot, egale sparappelboorder, eikenlichtmot, eikentopspinselmot, fijnsparkegelmot, fraaie meelmot, fraaie weidemot, ganzenvoetmot, geelkoplichtmot, geelpalpmot, goudlichtmot, grauwe meelmot, grijze bandlichtmot, grijze heidelichtmot, grootvlekweidemot, grote meelmot, grote wasmot, heidelichtmot, helmgrasmot, hoekige mutsjeslichtmot, hommelnestmot, honinglichtmot, Indische meelmot, johannesbroodmot, katjeslichtmot, kleine sparappelboorder, kleine tijmlichtmot, kleine wasmot, koolzwammot, kraagvleugelmot, kraslijnmot, kronkelbandmot, kruisbeslichtmot, kruiskruidmot, kustweidemot, levervlekmot, loogkruidlichtmot, monniksvleugeltje, mutsjeslichtmot, oranje bandlichtmot, oranje eikenlichtmot, peultjesmot, pinokkiomot, prachtmot, rijstmot, rode eikenlichtmot, rode heidelichtmot, roodstreepmutsjeslichtmot, smalle weegbreemot, smalle weidemot, sobere restjesmot, sparappelboorder, stoffige eikenlichtmot, strooiselmot, tijmlichtmot, transitmot, triangelmot, tweekleurige lichtmot, tweelijnmot, veelkleurige lichtmot, vetmot, vijgenmot, vruchtmot, weidemot, witbandberkenlichtmot, witvlekhommelmot, zandblauwmot, zomerduinmot, zwartbandlichtmot

Verwante begrippen

• baardsnuitmot, biessnuitmot, liesgrassnuitmot, lisdoddesnuitmot, rietsnuitmot, v-baardsnuitmot, zeggensnuitmot, zwerfsnuitmot

Gangbaarheid

• Het woord 'snuitmotten' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.