sneeuwzone
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: sneeuwzone (hulp, bestand)
Woordafbreking
- sneeuw·zo·ne
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van sneeuw zn en zone zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | sneeuwzone | sneeuwzones sneeuwzonen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- (meteorologie) gebied waarin sneeuwval verwacht wordt
- ▸ Actieve sneeuwzone trekt vannacht vanaf de Noordzee richting Benelux[1]
Gangbaarheid
- Het woord sneeuwzone staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Noodweer Benelux” (6 april 2021)