sneeuwruimen

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  sneeuwruimen    (hulp, bestand)
• IPA: /snewrœymə(n)/

Woordafbreking

• sneeuw·rui·men

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  sneeuw  en  ruimen 

stamtijd
onbepaalde wijs	verleden tijd	voltooid deelwoord
sneeuwruimen	ruimde sneeuw	sneeuwgeruimd
zwak -d	volledig

Werkwoord

sneeuwruimen

1. wegen, trottoirs, enz. sneeuwvrij maken

   • Hoe moet je sneeuwruimen? 

Hyperoniemen

• verwijderen

Afgeleide begrippen

• sneeuwruimabonnement
• sneeuwruimer

Verwante begrippen

• stof wissen
• stofzuigen
• zout strooien

Typische woordcombinaties

• sneeuwruimen en zout strooien

Vertalingen

    1. het verwijderen van sneeuw van wegen, trottoirs, enz.   

Duits: Schnee räumen (de)

Zelfstandig naamwoord

het sneeuwruimen o

1. de verwijdering van sneeuw van wegen, trottoirs, enz.

   • Daarnaast heeft de gemeente een groep van zestien vrijwilligers bereid gevonden te helpen bij het sneeuwruimen. 

Opmerkingen

• Ook wel "sneeuwruiming" genoemd.

Hyperoniemen

• gladheidsbestrijding

Verwante begrippen

• sneeuwschop
• sneeuwschuif
• sneeuwschuiver

Vertalingen

    1. de verwijdering van sneeuw van wegen, trottoirs, enz.   

Deens: snerydning (de) g

Duits: Schneeräumung (de) o

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Gangbaarheid

• Het woord sneeuwruimen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.