snapt

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • snapt

Werkwoord

vervoeging van
snappen

snapt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van snappen
    • Jij snapt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van snappen
    • Hij snapt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van snappen
    • Snapt! 
     Pas als je ook een goede conditie hebt en snapt hoe de zee en stromingen werken, is het echt veilig."[1]

Verwijzingen

  1. Bronlink Weblink bron “Dit moet je weten over een mui, een plek die je de zee in kan sleuren”, NOS-stories