smeed

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • smeed

Werkwoord

vervoeging van
smeden

smeed

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van smeden
    • Ik smeed. 
  2. gebiedende wijs van smeden
    • Smeed! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van smeden
    • Smeed je?