Naar inhoud springen

sluipt

Uit WikiWoordenboek
  • sluipt
vervoeging van
sluipen

sluipt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van sluipen
    • Jij sluipt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van sluipen
    • Hij sluipt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van sluipen
    • Sluipt! 
     Uiteindelijk schuift ze haar patijnen aan haar voeten, en ze slaat een omslagdoek over haar nachthemd en sluipt door de gang.[1]
     De rauwe ruimte is een panter, wild en primitief; in hun dromen sluipt hij door hun cabine.[2]
  1. Jessie Burton vert. Mieke Trouw-Luyckx
    “Het huis aan de gouden bocht” (2014), Luitingh-Sijthoff op Wikipedia, ISBN 9789021809526
  2. Samantha Harvey
    “In Orbit” (2024), De Bezige Bij op Wikipedia, ISBN 9789403135625