sluimerende
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: sluimerende (hulp, bestand)
Woordafbreking
- slui·me·ren·de
Werkwoord
vervoeging van: | sluimeren |
sluimerende
- verbogen vorm van sluimerend, het onvoltooid deelwoord van sluimeren
Bijvoeglijk naamwoord
sluimerende
- verbogen vorm van de stellende trap van sluimerend